Dit gebeurt, en heeft zijn redenen. Veel paarden zijn tegenwoordig niet meer bekend met kruiden vanaf het veulenen, omdat de meeste weiden zijn veranderd in grasvelden waar geen kruiden meer groeien. Vroeger kwam de smaak in het veulen via de moedermelk. Dus de ervaringen ermee kunnen in de hersenen worden opgeslagen via synaptische verbindingen. Elk leerproces werkt zo. Als dit bij het veulenen niet is gebeurd, kan een paard het smakenpalet in het begin niet classificeren.
Bij de overgrote meerderheid van de paarden is dit geen probleem, zij eten de kruiden toch onmiddellijk op, maar sommigen verwerpen ze. De conclusie trekken om de kruiden weg te laten, misschien met het argument dat het paard al weet wat goed voor hem is, is volkomen verkeerd. Als je dit zou accepteren, zou je niet langer in staat zijn om je paard te helpen.
Daarom moet je in dit geval andere manieren vinden, en die zijn tot nu toe altijd succesvol geweest. Eerst meng je de kruiden met een voeder waarmee het paard vertrouwd is en dat het lekker vindt, ook al is het misschien niet bevorderlijk voor de gezondheid, zoals een zoete muesli. Dan reduceer je dit tot de kruiden overblijven. Dit creëert een nieuwe ervaring die ook wordt opgeslagen via synaptische circuits. Dit kost wat tijd, maar de meeste paarden zijn dan enthousiast over de kruiden, vooral als je de mengsels afwisselt.